Lodewijk Schulte

Wie zijn de onderzoekers van de HAN? In deze editie: Lodewijk Schulte, docent-onderzoeker bij het lectoraat Sustainable River Management aan de HAN.
Waarom is een Duitse dijk goedkoper dan een Nederlandse?
Een dijk aanleggen kost in Nederland 15 miljoen per kilometer en in Duitsland nog niet eens de helft. Lodewijk Schulte, docent-onderzoeker bij het lectoraat Sustainable River Management aan de HAN, kreeg subsidie voor een onderzoek om te verklaren waarom er zo’n groot verschil is. Hij hoopt hiermee ook een impuls te geven aan de samenwerking tussen beide landen.
Wie is Lodewijk?
“Ik ben opgegroeid in Gorinchem, vlak bij het mooiste stuk rivier van Nederland. Nergens is de rivier zo breed en je hebt ook nog de Biesbosch en slot Loevestein vlakbij. Voor mij als kind waren de uiterwaarden mijn speeltuin en zo is mijn passie voor de rivier ontstaan. Mijn profielwerkstuk op de middelbare school ging erover en ik ben vervolgens Watermanagement en Hydrologie gaan studeren."

Waar gaat je onderzoek over?
“Een dijk bouwen kost in Nederland rond de 15 miljoen euro per kilometer. In Duitsland is dat maar 5 tot 6 miljoen. Die dijken worden ook nog wel eens door dezelfde aannemers aangelegd. Ik wil uitzoeken hoe dat verschil ontstaat. Veel mensen denken dan meteen: onze dijken zullen wel veel beter zijn. Maar zo simpel is het niet.
In Nederland moeten we voor 2050 nog 1400 kilometer aan dijk versterken. Het budget daarvoor is al beperkt en de bouwkosten zijn momenteel alleen maar aan het stijgen. Daar komt bij dat er steeds minder gekwalificeerd personeel te vinden is. Als we een goedkopere manier van bouwen kunnen vinden, kan dat een grote impact hebben.
Het gaat in mijn onderzoek niet alleen om de technische kant, maar om de hele organisatie, uitvoering en het beheer. Dijkversterking is een enorm proces waar veel partijen bij betrokken zijn. We vergelijken bijvoorbeeld ook hoe er in beide landen met bewoners rondom die dijken wordt omgegaan.”
Verschillen Nederland-Duitsland
“In Nederland zijn dijken grote elementen in het landschap, waar ook veel over wordt gereden door het verkeer en waar recreatie ook een belangrijke rol speelt. In Duitsland staan er veel minder huizen aan de dijk. Het is in Nederland drukker, met meer functies op iedere vierkante meter. Dijkverzwaring wordt dan ingewikkelder en dus ook duurder. Bij ons spelen ook de Waterschappen een grote rol.
In Duitsland is er een groep van 10 mensen die het organiseert. Zij hebben dus veel minder capaciteit en budget. Ook de aanpak is anders. In Duitsland wordt een dijk eerst helemaal afgebroken om hem vervolgens weer op te bouwen. In Nederland versterken we hem met een extra laag erbovenop. Het voordeel van de Duitse methode is dat zij heel goed weten wat er in die dijk zit. In Nederland is dat vaak onzeker en weten we niet hoe het materiaal in de dijk onder bepaalde omstandigheden zal reageren. Wij moeten daarom alles tot ver achter de komma berekenen. De Nederlandse manier vraagt om meer studie.
Ook is er een verschil in de normen die gehanteerd worden. Dat volgt onder andere uit het verschil in risicobenadering. In Duitsland kijkt men alleen naar de maximale hoeveelheid water die een dijk moet kunnen tegenhouden. In Nederland kennen we een risicobenadering: het gaat dan niet alleen om de kans dat de dijk doorbreekt, maar ook om hoe erg de gevolgen zijn als het misgaat. Als de gevolgen groot zijn accepteren we in Nederland een minder groot risico. We weten niet goed waar we tegenaan zullen lopen.”
Hoe voer je het onderzoek uit?
“Ik werk voor dit project, getiteld ‘Rheinwerk’ samen met Arbeidsgruppe Hochwasser, een ambtelijke werkgroep waarin Nederland en Duitsland samenwerken. Het onderzoek doe ik vooral achter het bureau met af en toe een excursie. En ik ga veel praten met diverse partners die actief zijn in de dijkverzwaring om te kijken hoe zij het aanpakken.
De hoop is dat Nederland en Duitsland op dit gebied meer van elkaar gaan leren. Want zoals het nu gaat is het eigenlijk best gek: een rivier komt bij de grens aan en dan gelden ineens andere normen. Eigenlijk zou je de hele rivier op systeemgebied moeten beschouwen en het allemaal op dezelfde manier organiseren.”
Hoe gaat je onderzoek impact hebben?
“De uitkomsten van het onderzoek worden samengebracht in een platform voor samenwerkings- en leerprocessen. Daarin participeren 17 partijen zodat implementatie van de resultaten in de praktijk is geborgd. Gezamenlijk onderzoek uitvoeren gebeurt tot nu toe niet zoveel. Dit onderzoek geeft hopelijk de aanzet tot meer samenwerking in de toekomst. Een concreet onderwerp is bijvoorbeeld de problematiek rondom bevers. Die zwemmen natuurlijk ook gewoon de grens over. Ik denk dat we er allemaal baat bij hebben om op zulke gebieden meer samen te werken.”
Lectoraat Sustainable River Management
Zo staan de straten blank. En zo liggen de akkers juist droog. Klimaatverandering veroorzaakt steeds meer uitdagingen in grond-, weg- en waterbouw. Rivieren zijn van grote ecologische waarde. We voeren praktijkgericht onderzoek uit om het rivierengebied veilig én aantrekkelijk te houden.























