"Door mijn contact met studenten en docenten ontstaan ideeën voor gedichten"

Met zijn dichtbundel Parkplan won HAN-collega Wout Waanders 11 juni de C. Buddinghprijs voor nieuwe Nederlandstalige poëzie. Hoe is het om zijn werk als schrijfcoach bij het HAN Talencentrum en zijn passie voor poëzie te combineren? 4 vragen aan Wout.

299902 Een foto van Wout Waanders, schrijfcoach bij de HAN. Hij heeft een poëzieprijs gewonnen. Geplaatst door Hanneke Bulten.

Het werk van Wout bestaat uit praten over schrijven. Hij coacht studenten die vastlopen in hun teksten: van scripties tot essays en betogen. Hij oefent met ze: wat te doen om weer op gang te komen? Ook coacht hij docenten, in hoe zij op hun beurt studenten kunnen begeleiden bij het schrijven. 

Hoe is het om parttime dichter én schrijfcoach te zijn?

“Dat werkt heel goed. Ik ben geen weirde schrijver, die in z'n eentje op een zolderkamer zit. Door m'n werk op de HAN sta ik juist midden in de samenleving. Ik heb veel contact met studenten en docenten, en daardoor ontstaan ook weer ideeën voor gedichten. Die wisselwerking is heel leuk.”

“Ik wil gedichten maken die iedereen wil lezen, ook studenten, bijvoorbeeld. En door m'n werk als schrijfcoach ben ik letterlijk in contact met m'n doelgroep.”  

299902 Een foto van Wout Waanders, schrijfcoach bij de HAN. Hij heeft een poëzieprijs gewonnen. Geplaatst door Hanneke Bulten.
Wout Waanders

Gebruik je jouw dichtkunst ook in je rol als schrijfcoach?

“Niet helemaal, want het gaat om heel verschillende teksten. In een gedicht moet ruimte zijn voor de eigen interpretatie van de lezer, in een scriptie of essay juist niet. Je moet daarin heel goed weten wat je wilt vertellen!” 

Loop je zelf ook weleens vast, in een gedicht?

“Ja, natuurlijk! Het feit dat ik veel schrijf, betekent nog niet dat het schrijfproces bij mijzelf altijd vloeiend loopt. Ik denk wel dat ik gaandeweg heb geleerd me er minder druk over te maken.”  

Ik wil gedichten maken die iedereen wil lezen, ook studenten.

Je blijft wel bij de HAN werken, toch?

Wout lacht. “Ik kreeg al een appje van een collega met de vraag: je bent toch wel bij het overleg, straks? Ja, natuurlijk! Ik werk 2 dagen per week voor de HAN, en dat blijf ik gewoon doen.”