SEECE start ‘belevingscampagne’ over hbo-elektrotechniek

Wie een hbo-opleiding wil volgen moet zich voor 1 juni inchrijven. In aanloop naar deze deadline publiceren het Sustainable Electrical Energy Centre of Expertise (SEECE) en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) video’s op YouTube, Instagram en Facebook om studiekiezers warm te maken voor een opleiding Elektrotechniek. 

De video’s werden gemaakt door twee vloggers: TekNikkie en TekNik. Zij dompelden zich onder in een aantal projecten van elektrotechniekstudenten op de HAN. Ze testten slimme brandalarmen, droegen een robotpak, speelden met een slimme pooltafel, lieten de stroom uitvallen en maakten – in zwembroek en al – kennis met een boot die op zonne-energie vaart.

De vloggers legden vooral elektrotechnische toepassingen vast. Een belangrijke toevoeging op het standaard voorlichtingsmateriaal, zoals informatie over het vakkenpakket, vertelt SEECE-programmadirecteur Tinus Hammink. ‘Veel jongeren maken hun keuzes op basis van beleving. Dus als je die wilt voorlichten over een opleiding, dan moet je ze ook de beleving laten ervaren die erbij hoort.’

Die ‘beleving’ van het vakgebied, en de toepassing van techniek, is ruim aanwezig in de opleiding Elektrotechniek. Studenten werken aan concrete en inspirerende projecten. Vier jaar geleden werd op het instituut Engineering (nu onderdeel van de HAN Academie Engineering en Automotive) een nieuw curriculum geïntroduceerd. Een van de meest opvallende ontwikkelingen sindsdien: studenten storten zich veel vaker op projecten voor bedrijven en onderzoeksgroepen.

Op het Industriepark Kleefse Waard (IPKW) in Arnhem wordt zelfs een innovatielab gerealiseerd waar onderwijs, onderzoek, bedrijven en overheid gezamenlijk aan vraagstukken werken. Studenten doen in de praktijk kennis op en leren nieuwe vaardigheden, onder begeleiding van docenten en werkveldprofessionals. Studenten werken op het IPKW nu al aan slimme en schone mobiliteit, verduurzaming van de gebouwde omgeving en betrouwbaarheid van duurzame elektriciteitsvoorziening.

Een greep uit de talloze projecten van de afgelopen jaren: studenten werkten in multidisciplinaire groepen aan een verwarmingsinstallatie voor bestaande woningen, een batterijsysteem dat locaties tijdelijk van duurzame energie voorziet, een auto op waterstof en lichte elektrische voertuigen die gebruikt kunnen worden voor het vervoer van goederen in binnensteden.

Dit soort projecten spreekt een brede doelgroep aan. Niet alleen jongeren die uitsluitend geïnteresseerd zijn in techniek op zich, ook jongeren die de toepassingen van elektrotechniek belangrijk vinden. Voor deze groep wordt een ietwat abstract vakgebied concreet gemaakt. ‘Stroom zie je niet. Toepassingen waar elektriciteit voor gebruikt wordt wel. Deze campagne maakt het onzichtbare zichtbaar.’

Uit onderzoek blijkt dat studiekiezers zich op verschillende manieren verhouden tot techniek. Op de website van het Platform Talent voor Techniek staat: ‘…er zijn vijf bètatypes die onderling sterk verschillen in hun houding ten aanzien van de bètatechnische wereld en die dus ook elk hun eigen aanpak vergen. Deze bètatypes zijn: Ontdekkers, Creatieve Makers, Vernieuwers, Maatschappelijke Toepassers en Doeners. 

De verschillende types studiekiezers zijn allemaal belangrijk voor de energiesector. Ook jongeren die op zoek zijn naar betekenis en beleving in de werkzaamheden die zij tijdens en na hun studie uitvoeren. ‘De energiewereld is enorm spannend. Er gebeurt van alles. Als je bijvoorbeeld bij netwerkbedrijf Alliander werkt en je zorgt dat de elektriciteitsvoorziening niet uitvalt, dan geef je betekenis aan iets dat hartstikke relevant is.’

De aanpak van SEECE en de HAN moet leiden tot een groeiend aantal aanmeldingen voor de opleiding, en dat is hard nodig. Onder andere voor de energiesector. SEECE constateert al jaren een groeiende vraag naar energieprofessionals, in een tijd waarin mankracht hard nodig is om de energietransitie in goede banen te leiden. Maar de beschikbaarheid van goedopgeleide energietechnici is te beperkt. ‘Er is een groot tekort aan jongeren voor energieopleidingen’, benadrukt Hammink.

In deze roerige coronatijden werken we in ons onderwijs en onderzoek op afstand en online met elkaar samen. Deze uitzonderlijke situatie komt in dit artikel niet terug. We hopen dat onze wereld er -zo snel als mogelijk- weer uitziet zoals hier beschreven.