"Die angst voor robots snap ik wel"

“Die angst voor robots snap ik wel. Ik merk dat mensen vaak denken dat de robot de mens gaat vervangen, maar ik zeg: mens en robot kunnen elkaar versterken”. Guus Roelofs (30) is net zo gedreven als hij jong is – en toch is hij net iets minder jong dan hij lijkt. “Broekie”, zie ik mensen wel es denken, vertelt hij. “Nou, dan hebben ze een goeie aan mij.” (lacht).

dcda95ee-0cfe-11ee-b253-02565807075b Guus Roelofs, mede-eigenaar van DO-IT (ICT & Audiovisuele toepassingen) op de Nationale Onderwijstentoonstelling in de Jaarbeurshal in Utrecht. We ontmoeten hem daar om hem te interviewen over onder andere de toepassing van robots in het onderwijs.

Temidden van de drukte op de Nationale Onderwijstentoonstelling in de Jaarbeurshal vinden we tijd om elkaar te spreken voor een interview. Guus is marketingdirecteur van DO-IT, één van de drie onderwijspartijen van INNOVATORS. Ook is hij mede-eigenaar van partnerbedrijf Zorabots, dat zich richt op de concrete toepassing van robotica in diverse sectoren.

Tweede boodschap

Guus heeft een tweede boodschap: “Robots lijkten iets van de toekomst, maar die toekomst is begonnen. Uit eten gaan en je bord in ontvangst nemen van een rondrijdende robot? Gebeurt al. Ook in de zorg is meer mogelijk dan je zou denken: een sensor in een matras kan registreren wanneer iemand die geneigd is tot slaapwandelen, opstaat. Vervolgens wordt hij op de gang door een robot opgewacht die zegt: ‘Meneer Jansen, het is half drie ’s nachts, misschien is het een idee om terug te gaan in bed?’. En dat blijkt te werken.”

Moeten we wel willen dat de robot die zorg overneemt?

Guus: “De discussie wat robots moeten overnemen, wordt volop gevoerd. Vooral verpleegkundigen stellen de – terechte - vraag of zo niet het menselijke uit de zorg verdwijnt. Ik denk het niet: de robot zal vooral de repetitieve taken overnemen. Door de verplegenden hierin te ontlasten, kan de mens weer met de mens bezig zijn. De andere kant van de medaille is dat we te maken hebben met personeelstekorten. Als je moet kiezen tussen slechte zorg of zorg door een robot, is de keuze gauw gemaakt, lijkt mij. Maar het blijft iets om met elkaar over in gesprek te zijn!”

Reken er maar op dat er veel programmeurs nodig zijn in de toekomst

Hoe zie jij robots in de tegenstelling tussen arm en rijk in deze wereld?

“Om te beginnen is het volgens mij een feit is dat we naar een hoogtechnologische samenleving toegaan. Het ontwikkelen van al die technologieën kost veel geld. Daarin zouden rijke landen het voortouw kunnen nemen. Wat betreft de toepassing van robots moet je ook kijken naar wat deze opleveren. Zo zijn tijdens de coronapandemie in Afrikaanse ziekenhuizen robots ingezet om razendsnel de temperatuur van patiënten te meten en melding te doen als die te hoog opliep. Ik ben het met je eens: als rijker deel van de wereld moeten we eraan werken dat ook armere landen profiteren van nieuwe technologieën.”

Je bent er een warm pleitbezorger van om kinderen in het onderwijs kennis te laten maken met robots. Waarom?

“Zoals wij de robots inzetten in het onderwijs, zijn ze een visualisatie van de achterliggende techniek. Kinderen programmeren iets en zien vervolgens – in de tastbare werkelijkheid – wat er gebeurt. Dat blijkt ontzettend goed te werken, kinderen hebben er enorm veel plezier aan en je kunt ze ook laten samenwerken aan complexere opdrachten.”

“Zo krijgen kinderen, zonder dat ze allemaal programmeur worden, inzicht in de principes van het programmeren en daarmee van de robot. Ze snappen waarom je bepaalde dingen wel kan verwachten van een robot en andere dingen niet. Gezien het feit dat we meer en meer met robots te maken zullen krijgen, thuis en op het werk, is dat een pré.”

“En dan is er nóg een reden waarom kinderen zouden moeten leren werken met robots: er is op dit moment al een tekort aan programmeurs en technisch personeel. We zullen die moeten gaan opleiden en reken er maar op dat er veel programmeurs nodig zijn in de toekomst.”

504405 Robot die in het onderwijs voor de allerkleinsten wordt gebruikt om kennis te maken met het programmeren. Foto gemaakt tijdens de Nationale Onderwijs Tentoonstelling 2023.
Een robot om toe te passen in het onderwijs aan de allerkleinsten

Dus de robot is belangrijk voor het onderwijs, maar andersom net zo hard?

“Helemaal juist. In dit verband moet me nog iets van het hart. Het mbo en de mbo’er worden naar mijn idee ondergewaardeerd. De gevolgen daarvan merken we als samenleving nu al. De makers van robots, de monteurs en de programmeurs - we komen ze tekort. Ik hoop echt dat we hun werk weer op waarde weten te schatten en het mbo de status geven die het verdient!”

Hoogste tijd voor Guus om terug te gaan naar ‘zijn’ stand in de Jaarbeurshal. En ja, het is er druk: juffen, meesters, onderwijskundigen, ondersteuners en belangstellenden buigen zich vol verwondering over de kleinere en grotere robots, zich voorstellende wat die voor hun leerlingen kunnen betekenen.