Gepast voor de klas

Devices zijn een probleem waar veel docenten tegenaan hikken. Hoe ga je er nou mee om? Wanneer ben je te streng? Het onderwijs groeit mee met de tijd en wordt steeds digitaler. Maar hoe verhouden de voordelen zich ten opzichte van de nadelen? Voor STUD. heeft Maud de Waal studenten Nicki Reubsaet en Sanne Peters Rit geïnterviewd, die beiden een lerarenopleiding volgen bij de HAN. Welke ervaringen hebben zij met devices in de klas?

Docent voor de klas

Gebruik van devices in de klas

Nicki Reubsaet, eerstejaarsstudent aan de lerarenopleiding Nederlands, vertelt in STUD. dat ze stage loopt op een school met eigentijds onderwijs. Dit wil zeggen dat de leerling zich hier kan ontwikkelen in wat hij of zij zelf wil leren. Op haar stageschool mogen de leerlingen in principe niet zomaar hun telefoon gebruiken. “Ze mogen dit alleen wanneer ze het zelf vragen of wanneer ze iets op hun telefoon moeten doen. De school werkt wel met laptops. Iedere leerling heeft een eigen laptop waarmee ze tijdens hun coachuren aan het werk kunnen gaan. Via diverse sites die zij hebben kunnen ze de methodes die ze gebruiken vinden en hierop ook de opdrachten maken. De schermen gaan naar beneden wanneer er uitleg wordt gegeven.”

Sanne Peters Rit is een tweedejaarsstudent aan de lerarenopleiding Geschiedenis en heeft stagegelopen in het regulier onderwijs. Telefoons mochten niet gebruikt worden in de les: “De leerlingen hoefden hun telefoon niet in te leveren, maar ze moesten wel in de tas. Als de telefoon gezien werd, kreeg de leerling een waarschuwing. Bij twee waarschuwingen moest de telefoon ingeleverd worden en kon hij aan het einde van de les weer opgehaald worden.” Haar stageschool gebruikte nauwelijks tot geen elektronica; vaak alleen om verslagen te typen. De enige uitzondering was wanneer een docent aangaf dat hij op de tafel mocht liggen, anders bleef hij in de tas. De meesten hielden zich hier ook keurig aan.

Voordelen en nadelen

Nicki vindt het gebruik van technologie positief: “Het grote voordeel is dat de leerlingen ook tussendoor aan hun werk kunnen zitten. Ze kunnen zelf plannen wanneer ze iets doen. Hierdoor zijn ze sneller gemotiveerd om mee te doen met de les doordat ze hun laptop kunnen inzetten. Het nadeel ligt daarentegen in de afhankelijkheid van de technologie. Als iets niet werkt komt de hele klas stil te liggen.” Als Nicki iets aan haar stage mocht veranderen, zou ze er daarom voor zorgen dat er reservedevices op school aanwezig zijn. Soms vergeten leerlingen hun laptop en dan heb je een back-up. 


Sanne zegt dat het voordeel van technologie ligt in het praktische handelen: “Het is makkelijker typen dan schrijven en de jongeren weten wat ze doen op een device. Het nadeel ligt daarentegen bij het feit dat leerlingen sneller geneigd zijn om naar iets anders dan opdrachten te kijken. Denk hierbij aan leerlingen die spelletjes spelen of zich op sociale media bevinden.” Ook geeft Sanne aan dat de leerlingen de ‘feeling’ van papieren boeken niet meer meekrijgen. Ze wil daarom later zelf wanneer ze bevoegd voor de klas staat de regel hanteren dat de telefoons niet zichtbaar mogen zijn. Ze hoopt dat papieren boeken gebruikt blijven worden en dat de leerlingen daar gewoon mee werken in de toekomst. 

STUD.

Nicki en Sanne zijn geïnterviewd door Maud de Waal voor STUD., een blad dat gemaakt wordt door tweedejaarsstudenten van de lerarenopleiding Nederlands voor medestudenten en andere geïnteresseerden in het onderwijs. Er komen zaken aan bod als onderwijs in het buitenland, online tools die ingezet kunnen worden in de klas en interviews met belangrijke personen die op een bepaalde manier verbinding hebben met het docentschap. STUD. wordt gemaakt tijdens het vak School en Media dat de studenten van de lerarenopleiding Nederlands volgen.

Het originele artikel is hier te vinden.