Van bananenschil naar verdikkingsmiddel: een uitdagend onderzoek voor HAN BioCentre

Bananenschillen: die komen vooral in de GFT-bak terecht, toch? Dat klopt, maar is wel zonde. Het HAN BioCentre rondde onlangs een succesvol onderzoek af naar het winnen van nuttig verdikkingsmiddel uit de gele schil. Maar waarom nou juist bananen? En wat kun je ermee? Karin Struijs, onderzoeker bij HAN BioCentre, vertelt er alles over.

Sport eten bananen liga

Karin, een onderzoek met bananenschillen ligt niet bepaald voor de hand. Hoe kwamen jullie hierop?

“Drie jaar geleden werden we benaderd door onze partner, Valoric. Zijn eenmansbedrijf was begonnen uit persoonlijke interesse: hij had veel gelezen over hoeveel nuttige componenten er allemaal in bananenschillen zitten. Ook wist hij hoeveel schillen en afgekeurde bananen er dagelijks gewoon weggegooid worden. Dat vond hij zonde. Daarom dat hij zijn bedrijf heeft opgericht en ons heeft benaderd voor nader onderzoek naar wat er meer mee kan.”

Zagen jullie dat bij het BioCentre ook meteen zitten?

“Het idee paste goed in onze onderzoekslijn over bioraffinage, dus ja, eigenlijk wel. We hebben eerst, in opdracht van Valoric, nader literatuuronderzoek uitgevoerd. Want hij had zich al gerealiseerd dat het niet mogelijk was om alle interessante componenten uit bananenschillen in één keer te winnen. Daarom zijn we eerst een proces gaan ontwikkelen om pectine uit bananenschillen te extraheren: een soort plantaardige gelatine die in fruit voorkomt, die als verdikkingsmiddel wordt gebruikt in bijvoorbeeld jams.”

Als pectine van nature al voorkomt in fruit, lijkt me dat voor jullie een eenvoudig proces.

“Nou, dat ligt wel een stukje lastiger. We hebben een zogeheten Kiem GoChem-subsidieproject aangevraagd waarmee we ons met studenten en onderzoekers hierop hebben gestort. In die periode kregen we met redelijk wat struikelblokken te maken.”

Vertel.

“Om het even technisch uit te leggen: om een extract pectine te mogen noemen, moet het minimaal 65 procent galacturonzuur bevatten. Galacturonzuur is de belangrijkste bouwsteen van pectine. De uitdaging was dus om een pectine met een juiste zuiverheid te extraheren. Daarvoor moesten we kijken naar veel verschillende soorten parameters: de rijpheid van verschillende bananen, de temperatuur voor het extraheren. Ook keken we of het drogen van de schillen invloed heeft en hoe lang je de schillen überhaupt kunt bewaren.”

De hamvraag is natuurlijk: is het uiteindelijk gelukt?

“Ja en nee. Het is ons gelukt om uiteindelijk de optimale condities te vinden wat betreft die parameters. Het grootste struikelblok bleek uiteindelijk het verkrijgen van de vereiste hoeveelheid galacturonzuur. Er zijn ook allemaal andere componenten die je mee extraheert. Daardoor is het ons niet gelukt op die 65 procent galacturonzuur uit te komen. We zijn blijven steken op net iets boven de 50 procent.”

Dat is jammer. Of kijken jullie daar anders tegenaan?

“Vanuit het BioCentre waren we eigenlijk wel tevreden over het onderzoek. We hebben het netjes uitgevoerd en hebben veel inzicht gekregen in verschillende parameters. Ik kijk er dan ook positief op terug sinds we het eind augustus hebben afgerond. Vooral onderzoekstechnisch is het voor ons heel waardevol geweest. Dat het uiteindelijke doel niet helemaal is bereikt, is natuurlijk wel jammer, maar voor ons geen groot probleem.”

En voor Valoric? Zo te horen zal het nog wel even duren voor bananenpectine daadwerkelijk op de markt komt.

“Voor Valoric was de uitkomst natuurlijk teleurstellender. Er was vanuit hem de hoop dat we in één keer het gewenste resultaat zouden halen. Daarmee zie je dat een onderzoek voor de ene partij geslaagd kan zijn en voor de andere minder.”

Het subsidieproject is nu dus afgerond. Toch kan ik me niet voorstellen dat de kous daarmee af is wat betreft dit onderzoek.

“Valoric gaat voorlopig even een andere kant op. Maar wij zien zeker mogelijkheden om op een zuiverder en dus bruikbare pectine uit te kunnen komen. Daarvoor ben je alleen wel afhankelijk van investeringen. Voor ons als BioCentre is de opgedane kennis sowieso waardevol. Het past ook heel erg in het grotere bioraffinage-onderzoek dat we al een tijd doen.”

Waar kunnen bananenschillen, naast verdikkingsmiddel, eventueel nog meer goed voor zijn?

“Bananenschillen kun je prima gebruiken als bron van verschillende grondstoffen. Het past als project heel goed binnen de doelstellingen van het zwaartepunt SEE om biomassa in te zetten voor grondstoffen en energie. Daarnaast is er altijd de optie om de combinatie met fermentatietechnologie te maken. Je kunt door middel van fermentatie bijvoorbeeld microbiële olie maken of de grondstoffen voor bioplastics. Met de suikers uit de celwanden van bananenschillen zijn de mogelijkheden legio.”