Programma voor formatief evalueren

Steeds meer scholen en leraren willen toetsing en beoordeling van leerlingen zo inzetten dat het het leren stimuleert. Niet alleen als afsluiting van een leerproces. Die formatieve aanpak blijkt in de praktijk nog best lastig. Janneke van der Steen (HAN) onderzoekt met een RAAK PRO-subsidie hoe je komt tot een volwaardig programma van formatieve leeractiviteiten.

studenten in klas docent staat voor de klas

Om te schetsen waar het wringt en schuurt, stappen we even de wereld binnen van leraar Sjors. Zijn school wil aan de slag met formatief evalueren; hij mag nog maar één toets met cijfer per onderwijsperiode geven. Tussentijds kan hij alleen formatieve leeractiviteiten inzetten. Uit een handboek kiest hij drie formatieve leeractiviteiten. Een kennistoets waarop alleen feedback wordt gegeven, een quiz, en hij laat leerlingen geen vingers meer opsteken maar eerst samen nadenken over een vraag voordat hij iemand aanwijst om antwoord te geven. Als het proefwerk uiteindelijk nadert, stijgt de stress: hebben alle leerlingen de leerdoelen ook echt behaald? Sjors heeft er eigenlijk geen zicht op. En de leerlingen ook niet.

Samenhang

Dat komt doordat de samenhang ontbreekt, vertelt Van der Steen. “Op het moment van de quiz weet je per leerling hoe die op dat specifieke onderwerp scoort. Maar aan het eind van de rit, bij het proefwerk, beoordeel je de leerling over de volle breedte van de lesstof. Je moet dus vooraf weten waar je je beslissing - voldoende of onvoldoende - op baseert en welke stappen voor leerlingen nodig zijn om daar te komen: wat ga je precies toetsen aan het eind van de lesperiode? Daarop baseer je je keuze voor (samenhangende) formatieve leeractiviteiten die je in de tussentijd gaat inzetten. Leraar en leerling weten dan stap voor stap waar ze staan en het proefwerkcijfer is geen verrassing meer – zoals in de klas van Sjors het geval was – maar een bevestiging van het al bestaande beeld.”

Wat weten we inmiddels?

Met losse formatieve leeractiviteiten komen scholen en leraren er dus niet. Wat nodig is, is een programma. Met haar projectteam onderzoekt Van der Steen in verschillende deelstudies hoe je tot zo’n programma komt. In de eerste studie leverde literatuuronderzoek en samenwerking met experts en onderwijsprofessionals van 4 scholen uiteindelijk acht kenmerken op waar een programma voor formatief evalueren aan moet voldoen. “Deze acht kenmerken worden uitgewerkt in een praktische handreiking die leraren ondersteunt bij het ontwerpen van hun eigen programma.

Hoe nu verder?

Vanaf maart 2021 gaan leraren in 4 scholen aan de slag met deze handreiking. De aandachtspunten van het Beekdal Lyceum blijken vooral te liggen bij de basisprincipes, fases en gezamenlijke taal rond formatief evalueren, vertelt Hélène de Saxcé, projectleider vanuit de school. “Door (onbewust) gebrek aan theoretische kennis, ontstaan misvattingen. Bijvoorbeeld dat ‘formatief’ betekent dat er geen cijfer wordt gegeven of dat je al formatief werkt als je feedback geeft aan de leerlingen. De meerderheid van de docenten en directie herkennen de waarde van formatief evalueren, maar het vraagt veel om je bestaande lessen en routines een formatieve draai te geven. De implementatie is een motorreparatie tijdens de vlucht, zoals Dylan William en Siobhán Leahy in hun boek Embedding formative assessment al zeggen. Belangrijk dus om iedereen daar vooraf goed en boeiend op toe te rusten.”

Wat levert het op?

De 4 scholen die deelnemen aan het onderzoek doorlopen - met de handreiking - drie keer een ontwerpcyclus voor programmatisch formatief evalueren. Het projectteam volgt dit op de voet, zodat gaandeweg ontwerpprincipes kunnen worden vastgesteld. Het einddoel is een wetenschappelijk onderbouwde, maar vooral ook praktische handleiding met daarin naast de ontwerpprincipes ook andere hulpmiddelen om aan de slag te gaan met formatief handelen.

Van der Steen: “Vooruitlopend daarop, werken we samen met de tweedegraads lerarenopleidingen van de HAN al aan professionaliseringsaanbod rondom formatief handelen. In eerste instantie speciaal voor leraren in het vo, maar dit aanbod kan ook geschikt zijn voor bijvoorbeeld een minor.”

Promotietraject

Janneke van der Steen is onderzoeker bij de Academie Educatie van de HAN. Van der Steens deelname aan het project is onderdeel van haar promotietraject. De 4 deelnemende scholen zijn het Alberdingk Thijm College, Aloysius College, Beekdal Lyceum en Mondial College. Meer informatie over het RAAK PRO-project Formatief evalueren als brug tussen onderwijs en leren is te vinden via de site van Regieorgaan SIA.

Janneke van der Steen