17 september 2020

CleanMobilEnergy: consortium slaat zonnestroom op voor Arnhemse laadpalen

Afbeelding-SEECE-2021

In Arnhem wordt een opslagsysteem voor zonnestroom gerealiseerd, waardoor voertuigen in de stad kunnen rijden op duurzame energie. Het betreft een vierjarig onderzoeksproject waarin overheid, bedrijven en kennisinstellingen samenwerken.

Over een aantal maanden is Arnhem een zonnepark rijker. Tussen de N325, het Industriepark Kleefse Waard en de Nieuwe Haven verrijzen zonnecellen die samen een vermogen hebben van ongeveer 12 megawattpiek. Om energievraag en -aanbod op elkaar af te stemmen, experimenteren verschillende partijen gezamenlijk met energieopslag naast het zonneveld.

Het opslagproject heet CleanMobilEnergy en wordt voor zestig procent gefinancierd door de Europese Unie. In totaal worden in vier steden opslagsystemen gerealiseerd en testen uitgevoerd: in Londen, Nottingham, het Duitse Schwäbisch Gmünd en Arnhem. Arnhem is – als elektriciteitshoofdstad van Nederland – lead partner in het project.

ENERGIEOPSLAG IN BATTERIJEN

‘Wij willen de energie uit het zonneveld opslaan, zodat het ’s avonds bijvoorbeeld gebruikt kan worden voor het laden van elektrische auto’s.’ Aan het woord is Peter Swart, senior policy advisor bij de gemeente Arnhem. Swart is nauw betrokken bij het onderzoek naar opslag in batterijsystemen, dat de gemeente – en andere geïnteresseerde partijen – meer inzicht verschaft in slimme energieopslag.

‘De rode draad in het project is niet zozeer de opslag, maar het energiemanagementsysteem’, zegt Swart. ‘We werken met een interoperable energy management system. Dat is software die ervoor zorgt dat de opgewekte energie zo optimaal mogelijk wordt gebruikt. Hetzij in de schepen die in de haven liggen of in de auto's die in de stad geladen worden. Software beslist, op basis van allerlei regels, wat op welk moment de beste inzet is van de opgewekte stroom.’

De gemeente werkt samen met het bedrijf Super B (onderdeel van Koolen Industries), AllegoWalvoorzieningen Nederland en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN) aan het CleanMobilEnergy-project. ‘Het is heel belangrijk om met verschillende spelers te overleggen en te kijken of we een gezamenlijk doel kunnen nastreven’, zegt Swart. ‘Alleen al omdat we zelf niet alles in handen hebben.’

PUBLIEKE RUIMTE

CleanMobilEnergy wordt in Arnhem in de publieke ruimte uitgevoerd, in tegenstelling tot de andere Europese steden in het project. Daardoor zijn veel partijen betrokken. ‘Dat maakt het project complex maar ook interessant, omdat we aan andere steden kunnen laten zien dat je dit gewoon in de stad kunt uitrollen. Het is de bedoeling dat de stroom uiteindelijk terechtkomt in alle laadpalen in Arnhem.’

De kennis uit het project wordt onder andere benut door studenten van de HAN. Deze koppeling met het onderwijs is belangrijk voor een gemeente als Arnhem, die een actieve rol speelt in de energietransitie. In de stad zijn veel energiebedrijven gevestigd. ‘Voor ons is het van belang dat mensen geïnteresseerd raken in energietransitiezaken en daarin worden opgeleid. Die hebben we straks nodig om de energietransitie verder te brengen’, zegt Swart.

Studenten werken aan opdrachten die te maken hebben met de batterijopslag bij het Arnhemse zonnepark. Dat doen ze vooral voor hun eigen ontwikkeling. ‘Het gaat om studenten die net hun propedeuse hebben gehaald, dus die zullen vooral leren’, zegt Jan Geurts van Kessel, docent-onderzoeker bij het lectoraat Meet- en Regeltechniek van de HAN. Volgend semester gaan ouderejaars aan de slag met het project, die inhoudelijk meer zullen bijdragen.

GASTCOLLEGES UIT DE PRAKTIJK

Dankzij CleanMobilEnergy doen studenten van de academie Engineering & Automotive kennis op die ze nodig hebben om aan energievraagstukken te werken. De studenten zijn straks – als professional – hard nodig in de transitie naar een duurzame energievoorziening. Geurts van Kessel: ‘De hoop is vooral dat ze door dit project verder geënthousiasmeerd worden om in de duurzame energie door te studeren en zo een bijdrage te leveren.’

De studenten krijgen een aantal lessen van een medewerker van Super B, het bedrijf dat een batterijcontainer leverde voor CleanMobilEnergy. Jos Blom, Manager Strategy bij Koolen Industries: ‘Ik ga een paar colleges geven en vervolgens gaat een groep studenten aan de slag met de handvatten die ik ze gegeven heb. Dan kunnen ze zelfstandig de mogelijkheden van de container onderzoeken en vervolgens daadwerkelijk testen.’

Blom hoopt dat de betrokken studenten geïnteresseerd raken in het bedrijf waar hij werkt. ‘We willen als bedrijf snel groeien en we willen aandacht creëren voor Super B, om te kijken of het interessant is voor techniekstudenten om bij ons aan de slag te gaan.’

VEILIG EN FAIRTRADE

Het is niet zomaar een batterijsysteem waar de studenten mee te maken krijgen. De gemeente Arnhem zocht voor dit project een systeem dat veilig gebruikt kan worden in de stad en geen mineralen bevat die erbarmelijke arbeidsomstandigheden in de hand werken. ‘In de mobiliteitswereld worden lithiumbatterijen met nikkel, mangaan en kobalt (NMC-batterijen) gebruikt. Maar die zijn veel brandgevoeliger en er zit ook nog kobalt in’, zegt Blom.

Kobalt is een zeldzaam materiaal en kobalt-winning wordt in verband gebracht met kinderarbeid, corruptie en levensgevaarlijke situaties in mijnen. ‘Arnhem had de eis dat er geen kobalt in mocht zitten. De lithium-ijzerfosfaat-batterijen (LFP-batterijen) die wij hebben, bevatten geen zeldzame grondstoffen en zijn intrinsiek veiliger’, aldus Blom. ‘Voor ons is het van belang dat de veilige technologie die wij gekozen hebben onder de aandacht komt van officiële instanties. Zoals de brandweer en overheden.’

CleanMobilEnergy is in 2022 afgelopen. Dan wordt de kennis uit het project gedeeld met zoveel mogelijk Europese stakeholders. Dat gebeurt bijvoorbeeld tijdens de jaarlijkse polisconferentie, die in december plaatsvindt in Arnhem en Nijmegen. Op deze conferentie laten steden en regio’s zien wat ze in huis hebben op het gebied van transportinnovatie.

STEDEN VERDUURZAMEN

Op de lange termijn wordt de kennis uit het project gebruikt om steden te verduurzamen. Peter Swart: ‘Als dit werkt dan kunnen we dit systeem in andere delen van de stad neerzetten, bijvoorbeeld in woonwijken. […] In Nederland is het de wens om van het aardgas af te gaan, dan moeten we per wijk kijken wat de beste energieoplossing is.’

In wijken waar veel zonne-energie wordt opgewekt, loopt de vraag niet gelijk met het aanbod. Batterijsystemen kunnen lokale energie tijdelijk opslaan, zodat deze op een later moment lokaal gebruikt kan worden. ‘Wat we eigenlijk willen is achter een onderstation een soort smart grid maken. En daarvoor zijn die batterijen belangrijk. Met dit project proberen we dit soort zaken vast uit te zoeken.’