Co-creatie op het bedrijventerrein

Voor het realiseren van een circulaire economie in 2050 – en de tussendoelen in 2030 – is samenwerking essentieel. Circulaire processen vragen om nieuwe ketens, onder andere voor het benutten van reststromen en het ontwikkelen van biobased materiaalstromen. Collectieve samenwerking op bedrijventerre
In het kader van het RAAK-Publiek-project Samen beter onderzochten teams van Fontys en HAN 18 bedrijventerreinen in Oost-Nederland. Deze bevindingen zijn gebundeld in het rapport Co-creatie op het bedrijventerrein, met inzichten over strategie, verbinding en realisatie. In dit artikel lees je over de opbrengsten van dit onderzoek.
Strategie door co-creatie
Een gezamenlijke strategie ontstaat meestal niet vanzelf. Vaak is een externe aanleiding nodig om een gedeeld gevoel van urgentie te creëren. Op bedrijventerrein Willem-Alexander in Roermond vormde de hoogwaterbescherming zo’n trigger. Dat leidde tot een collectieve visie. Ook energievoorziening kan verbindend werken: bedrijventerrein Ecofactorij in Apeldoorn laat zien dat technische kennis en gezamenlijke ambitie kunnen leiden tot praktische oplossingen.
Een gedeelde langetermijnvisie vraagt om inzet van een terreinteam met uithoudingsvermogen. Veel mkb-ondernemingen en overheden vinden elkaar moeilijk en werken nog te veel langs elkaar heen. Door programmatisch te bouwen aan een gezamenlijke aanpak – in plaats van losse pilots – kunnen ketens sterker worden. Daarbij helpt het dat bedrijven vaker moeten rapporteren over duurzaamheid (zoals via de CSRD). Dit creëert ruimte om klimaatrisico’s gezamenlijk aan te pakken.
Het ontstaan van een collectieve strategie vraagt om een bedrijventerreinteam met een lange adem. Door een gezamenlijke blik op de lange termijn komen bedrijven en overheden voorbij de waan van de dag.
Verbinding door co-creatie
De samenwerking tussen bedrijven en overheden blijkt in de praktijk lastig. Professionals uit beide werelden weten elkaar niet altijd te vinden. Toch zijn er voorbeelden waar het wel lukt. Op bedrijventerrein ’t Holland en Innofase in Duiven leidde actief samenspel van overheden en bedrijven tot sterkere verbindingen en vertrouwen.
Professioneel parkmanagement, ondersteund door collectieve organisatievormen zoals een BIZ, blijkt effectief voor het opzetten van bredere initiatieven. Zo kunnen ook structurele uitdagingen, zoals mobiliteit en energievoorziening, worden aangepakt. Dat vraagt om continuïteit: een reeks van gerichte maatregelen heeft meer effect dan incidentele projecten.
Een collectieve strategie gebaseerd op co-creatie is niet alleen economisch, maar biedt meervoudige waardecreatie. Dit geeft aanknopingspunten voor de korte, de middellange en de lange termijn’
Realisatie door co-creatie
Het realiseren van circulaire hubs blijkt in de praktijk complex. Belemmeringen liggen bij regelgeving, gebrek aan schaal en de impact op bestaande bedrijfsprocessen. In Helmond bleek bijvoorbeeld dat circulair hergebruik van materialen alleen haalbaar kan worden met ondersteunend regionaal innovatiebeleid en een koppeling met de human capital-agenda.
Opschaling is essentieel voor rendabele circulaire businesscases. Dat vraagt om voldoende volume en de juiste randvoorwaarden, zoals fysieke ruimte. De bouwsector biedt hierbij kansen vanwege de hoge materiaalintensiteit. De Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen werkt daarbij aan de mogelijkheden voor circulaire bouwhubs. Regionale samenwerking is hierbij cruciaal. Door onderlinge afstemming kunnen ook kleinere gemeenten meedoen, terwijl grotere steden zoals Arnhem en Nijmegen een trekkende rol vervullen.
Kortom
Samenwerking op bedrijventerreinen biedt perspectief voor de circulaire economie. Voorwaarde is een gezamenlijke strategie, structurele verbinding en voldoende uitvoeringskracht. De praktijk laat zien dat succes afhangt van langdurige inzet, professionele ondersteuning en het vermogen om over grenzen heen te kijken.