18 december 2019 Studenten werken aan waterstofvoertuig in Mobility Innovation Center

Afbeelding-SEECE-2021

Binnen het project Waterstof & Mobiliteit werken studenten van verschillende opleidingen aan een eigen voertuig op waterstof. Ze elektrificeren een Fiat Doblo en ontwikkelen een range extender op waterstof die aan het voertuig gekoppeld kan worden.

Binnen het project Waterstof & Mobiliteit werken studenten van verschillende opleidingen aan een eigen voertuig op waterstof. Ze elektrificeren een Fiat Doblo en ontwikkelen een range extender op waterstof die aan het voertuig gekoppeld kan worden. 

De e-Doblo en het ontwikkelen van de speciale waterstof-aanhanger (ook wel ‘range-extender’ genoemd) zijn 2 van 12 deelprojecten binnen het speciale project E-motions: in het leven geroepen om kennis rondom het elektrificeren van voertuigen op waterstof te vergroten. Iwan van Bochove is operational manager van het Mobility Innovation Center (MIC) en opdrachtgever van de 12 studenten die aan het project meewerken.

Het MIC is een van de hybride leeromgevingen op het Industriepark Kleefse Waard (IPKW) in Arnhem, waar het Sustainable Electrical Energy Centre of Expertise (SEECE) nauw bij betrokken is. In deze omgevingen werken studenten met bedrijven en onderzoekers aan energievraagstukken. Een deel van die vraagstukken is gericht op de verduurzaming van mobiliteit en waterstof. Het Fiat Doblo-project is hier (bijna) een rijdend voorbeeld van.

‘Kort gezegd zijn we bezig om de Doblo elektrisch te maken. Dat is niet per se nieuw, maar de combinatie met waterstof wel. Er komt dus een range extender achter te hangen: wat eigenlijk een soort karretje is voor een brandstofcelsysteem op waterstof. De bedoeling van dit project is dat we die voertuigen daadwerkelijk rijdend kunnen krijgen, als echte voorbeeldprojecten. Het brandstofcelsysteem komt trouwens op een ludieke manier achter de Doblo te hangen: we hebben een autosloopbedrijf bereid gevonden een tweede Doblo doormidden te zagen, zodat we daar alles in weg kunnen werken.’

Kennisontwikkeling

Er wordt gedurende de projecten veel geleerd. ‘We doen er veel ervaring mee op in het MIC en we breiden er de kennis en vaardigheden binnen de HAN mee uit. Praktisch werken met elektrische voertuigen en batterijen is nog vrij onbekend terrein: het is strikt noodzakelijk dat studenten ook een goede training krijgen als ze bijvoorbeeld met batterijen gaan klussen. Iedere keer als we hier een voertuig- of batterijproject gaan doen, krijgen de studenten zo’n training.’

Het Doblo-project klinkt bedrieglijk simpel. Maar niets is minder waar. “Je moet rekening houden met heel veel verschillende dingen. Hoe bouw je bijvoorbeeld een softwaresysteem voor een voertuig als dit? Hoe laat je dat aangeven hoeveel waterstof er nog in de tank zit? Hoe sluit je er een motor op aan? En dan heb je het nog niet eens over alle veiligheidsaspecten. Met waterstof moet je goed uitkijken: het mag zich bijvoorbeeld niet ergens ophopen in het voertuig.’

Aan het project werken 12 studenten van verschillende disciplines. ‘We hebben studenten Elektrotechniek met de specialisatie Industrial and Power Systems (IPS) voor de batterijen en elektromotoren, studenten Elektrotechniek met de specialisatie Embedded System (ES) voor de software en userinterface en studenten Werktuigbouwkunde. Allemaal zijn ze natuurlijk met hun eigen expertise bezig: maar ze werken wel degelijk samen aan hetzelfde ding. Er is regelmatig overleg, intensief contact met de docenten, en iedereen wil echt een goed resultaat afleveren.’

WERKEN AAN EEN BETERE TOEKOMST

Martin van den Hoek, 2e-jaars student Werktuigbouwkunde is enthousiast over de deelprojecten. ‘Vooral onderzoeken hoe je een voertuig als de e-Doblo de nodige kracht meegeeft om goed de weg op te kunnen was een uitdaging. Al met al heb ik ontdekt dat een waterstofauto tof is om aan te werken: het zou me dan ook niks verbazen als ik hier na school nog meer doorga. Het is fijn om op zo’n manier mee te werken aan een betere toekomst.’

Ook Pascal Gierman, eveneens student Werktuigbouwkunde, is blij bij het project betrokken te zijn. ‘Het is een zeer leerzaam project. Je leert van elkaars disciplines, dus dat is voor ons heel handig. Zelf heb ik altijd al een enorme interesse gehad in auto’s en techniek, dus het is mooi dat ik hiermee aan de toekomst van auto’s kan meewerken. Daar komt trouwens bij dat ik vóór deze studie ook al chemie heb gestudeerd: ik weet dus wel het een en ander van hoe waterstof werkt.’

De E-motions-deelprojecten zijn uiteindelijk redelijk beperkt, vult Van Bochove aan. ‘Maar als het goed is, rijdt er rond de zomer een werkende combi rond. Dan kunnen we daar weer allerlei nieuwe testen op doen en proefritten maken. Eigenlijk creëer je zo steeds een nieuwe springplank richting het uiteindelijke doel: namelijk dat we over een paar jaar ons eigen waterstofvoertuig kunnen presenteren!’