Intensief samenwerken met zorgpartners in de regio, zodat we beter kunnen inspelen op de grote veranderingen in de zorg. Die missie heeft de Academie Gezondheid en Vitaliteit. Hoe staat het ervoor? In dit interview delen we de ervaringen van Anneke van Vught, associate lector bij het Lectoraat Organisatie van Zorg en Dienstverlening en Verpleegkundig decaan bij CWZ.

“Sinds 1 november 2022 heb ik een duo-functie: naast het werk binnen het lectoraat Organisatie van Zorg en Dienstverlening aan de HAN ben ik Verpleegkundig decaan bij CWZ. In dat ziekenhuis loopt een van de HAN-proeftuinen naar vergaande samenwerking. We willen meer verbinding creëren tussen beide instellingen. Zowel in het onderwijs, als op onderzoeksthema’s.”

Onderzoek in de praktijk
“De manier waarop we in Nederland kijken naar zorg, verandert. Steeds meer patiënten krijgen bijvoorbeeld zorg aan huis, en we zetten vaker in op preventie: wat kun je doen om te voorkomen dat mensen überhaupt patiënt worden? Zulke veranderingen zijn nodig, want het huidige zorgsysteem is op lange termijn niet houdbaar.

Verandering gaat niet vanzelf. Daarom onderzoeken we binnen het lectoraat hoe we de ontwikkeling die we willen zien, het beste kunnen realiseren. Samenwerking met partners in het werkveld is daar een logisch onderdeel van. We doen onderzoek met vraagstukken uit de praktijk. De opgedane inzichten komen door nauwe samenwerking ook weer direct terug in het werkveld.”

Meer dan binden en boeien

“Een belangrijk thema is het versterken van professionele zeggenschap onder verpleegkundigen. Aan de HAN leiden we verpleegkundigen breed op. Maar die mensen moeten hun kwaliteiten vervolgens wel volledig kunnen benutten op de werkvloer. Dat lukt niet altijd. Door nauw samen te werken gaan we elkaar beter begrijpen en gaan opleiding en praktijk beter op elkaar aan sluiten.

Maar let op: deze aanpak draait om méér dan het binden en boeien van professionals. De werkelijkheid is dat we elke zorgmedewerker hard nodig hebben om de zorg komende jaren door te ontwikkelen. Eigenlijk doe je aan kapitaalvernietiging, als je de competenties van mensen niet optimaal benut. Het draait dus niet alleen om voorkomen dat professionals weggaan. We moeten ervoor zorgen dat ze kunnen ontwikkelen wat ze in huis hebben – zodat ze bijdragen aan innovatie in de zorg.”

Betrokken professionals
“Ik merk dat organisaties als het CWZ echt klaar voor zijn voor deze stap. Veel verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten willen intensief samenwerken met de HAN door een rol te vervullen in innovatie, opleiden en onderzoek. Bijvoorbeeld worden er veel verzoeken gedaan vanuit teams en professionals om met studenten samen te werken in het doen van onderzoek in de vorm van een kwaliteitsproject. Ik merk dat professionals meer en meer zien hoe waardevol het is om samen met studenten te bouwen aan toekomst van zorg en ook veel van studenten leren. Een groepje hbo-v studenten dat afgelopen semester een kwaliteitsproject afrondde binnen het CWZ is nu genomineerd voor de wetenschapsprijs. Hartstikke leuk!

Wat ik soms nog wel een uitdaging vind, is om de snelheid en energie erin te houden, en tegelijkertijd intern – binnen de HAN en het CWZ – genoeg draagvlak te creëren. We hebben een hoge werkdruk en personeelskrapte in de zorg, we kunnen niet langer wachten met in actie komen. Tegelijkertijd kost het tijd om iedereen mee te krijgen. Die balans is soms best lastig.

Waar ik zelf erg blij van word? Deze samenwerking is enorm ontwikkelingsgericht. Als je aan het innoveren bent, kun je nu eenmaal niet alles van tevoren uitdenken. Je loopt in de werkelijkheid tegen allerlei onverwachte dingen aan. Dat betekent dat je steeds moet meebewegen met de context – en juist dat maakt het werk zo leuk en dynamisch. Want uiteindelijk gaan we allemaal voor hetzelfde doel: goede, toegankelijke zorg in Nederland, nu én in de toekomst.”