Landelijke nota Gezondheidsbeleid bevestigt: we zijn goed op weg
Gezondheidsachterstanden verkleinen, dat is 1 van 4 gezondheidsvraagstukken waar de overheid de komende jaren mee aan de slag gaat. Dit tot groot genoegen van Lisbeth Verharen, programmamanager Health. “De plannen zijn volledig in lijn met de ambities van de HAN. Het laat zien dat we met focus Health de juiste koers te pakken hebben.”
Het gezondheidsvraagstuk wordt uitgebreid beschreven in de nota Gezondheidsbeleid 2020-2024 ‘Gezondheid breed op de agenda’, zoals eind mei gepresenteerd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De overheid stelt dat in 2024 de levensverwachting van mensen met een lage sociaal-economische status (SES) toegenomen moet zijn. Ook moeten wijken en buurten waar de gezondheidsachterstand groot is voorrang krijgen bij gezondheidsbevordering via de leefomgeving.
Breed perspectief
“Het is precies waar we vanuit focuspunt Health de afgelopen tijd op hebben ingezet en waar we ons de komende jaren op richten. Bijzonder is vooral dat de overheid het verkleinen van gezondheidsverschillen in een breder perspectief plaatst. Dit doen we bij de HAN net zo. Om verschillen te verkleinen is er immers meer nodig dan stimuleren dat mensen gezonder leven, beter eten en meer bewegen. De sociale omgeving, de fysieke omgeving, werk, wonen, financiën; álles telt mee.”
Aandacht voor omstandigheden
“Zo vliegen we ook de Health-projecten aan”, gaat Verharen verder. “We ontwikkelen bewust niet alleen maar interventies die een gezonde leefstijl bevorderen, of die gericht zijn op wat de doelgroep zélf kan veranderen. In projecten als de Mentaal Gezonde Zaak en Succesvol ouder worden focussen we bijvoorbeeld op de werkomstandigheden van mensen met een lage sociaal-economische status. Ook richten we ons op wat werkgevers kunnen doen om laaggeschoolde medewerkers binnenboord te houden. Cruciaal als je weet dat werken een positief effect kan hebben op de gezondheid.”
Verschillende aangrijpingspunten
“De overheid lijkt op dezelfde lijn te zitten. Zij ziet net als wij diverse aangrijpingspunten om op verschillende niveaus gezondheidsverschillen te verkleinen. Bovendien stellen ze een interdisciplinaire aanpak voor. Dit is gedaan vanuit het idee dat we samen pas écht verschil kunnen maken als we over de grenzen van verschillende domeinen heen kijken. Daarbij moeten we de verbinding tussen het medisch domein en bijvoorbeeld het sociaal domein, werk en inkomen, wonen, techniek, digitale innovaties en zelfs duurzaamheid weten te leggen. Ook dát doen we al volop binnen de HAN. Wij zijn groot voorstander van die integrale manier van denken. De leergemeenschap als Technology for Health is daar een perfect voorbeeld van.”

Complexiteit omarmen
De overheid staat – net als de HAN – niet voor een makkelijke opdracht, erkent Verharen. “Het is echt een uitdaging om een groot maatschappelijk vraagstuk als dit in gezamenlijkheid op te pakken. Maar laten we die complexiteit omarmen. En laten we deze nota als een uitnodiging zien om alle kennis die wij als HAN in huis hebben te bundelen en met onze partners toe te passen in buurten en wijken. Door deze nota van de overheid durf ik met 100% zekerheid te zeggen dat we als HAN op de goede weg zijn!”
Bron: HAN, Margriet van Aalten