Boeiend! Boei mbo-studenten voor algemene vakken

studenten zitten in groepjes

De gemiddelde mbo-student veert niet op bij een les over d’s en t’s of vervoegingen van Engelse werkwoorden. Vakken als wiskunde en burgerschap laten het mbo-hart ook niet sneller kloppen. Belangrijk zijn ze wél. Met het Ontwerpinstrument MBO stem je je lessen af op het toekomstig beroep van de stud

Een mbo-opleiding kan niet zonder de algemene vakken. Want, een verpleegrapportage die wemelt van de schrijffouten: slechte beurt. Een bouwkundig stappenplan in rammelend Engels: uit den boze. Een ICT-afdeling die niks weet over digitale ethiek: zeer onwenselijk. Het mbo leidt op tot specifieke beroepen. Er is een andere aanpak nodig dan in het voorgezet onderwijs (vo) waar je een brede en algemene opleiding kunt volgen.

Gelderse samenwerking voor mbo van de toekomst

Het mbo bereidt studenten voor op een toekomstig beroep in een veranderende wereld. Onderwijs moet flexibel zijn en dicht bij de arbeidsmarkt staan. De kennisgroep ‘Beroepsgerichte didactiek’, een Gelderse samenwerking tussen zeven mbo-instellingen en de HAN, werkt samen aan het beste mbo voor de toekomst. In designteams werken docenten, docentenopleiders en onderzoekers aan antwoorden op praktijkvragen. Het onderzoek wordt ondersteund door het samenwerkingsverband Kwaliteit van Leren .

Didactiek te algemeen voor mbo

Lerarenopleider Ellen Leenaarts zit in het designteam van de ILS Academie: “De setting zorgde voor de ruimte echt na te gaan waar we als lerarenopleiders en in het werkveld het hardst tegenaan lopen. Ons gevoel: de lerarenopleidingen bereiden onvoldoende voor op leraarschap in het mbo en missen de handvatten om dat beter te doen. Daarmee gingen we de boer op, want vonden andere leraren(opleiders) en ILS-studenten dat ook?” Het antwoord op die vraag? Een volmondig ‘ja’.

We trainen de leiders van de designteams en geven hen supervisie.

Design thinking

Het designteam ging daarop aan de slag om een aanpak te ontwikkelen voor lerarenopleiders en ILS-studenten. Leenaarts: “Waar het uiteindelijk om draait, is dat je goed voor ogen hebt aan wie je lesgeeft. In het mbo zijn dat (jong)volwassenen die in het vo al een brede basis hebben gekregen en niet zitten te wachten op een herhaling van zetten. Dat brengt je meteen bij de tweede belangrijke factor: waarvoor leid je hen op? Als je met je lessen aansluit op dat toekomstige beroep, komt ook een algemeen vak tot leven en ziet de student bovendien makkelijker de meerwaarde ervan. Hoe je dat dan doet?” Daarvoor gingen teams aan de slag met design thinking. 

Design thinking: van vraag naar praktijkgerichte oplossing

Samenwerkingsverband Kwaliteit van Leren ondersteunde het hele proces van design thinking - van vraag naar praktijkgerichte oplossing. Eén van de betrokken onderzoekers was Haske van Vlokhoven: “We trainden de leiders van de designteams en gaven hen supervisie. Zo konden zij met hun teams de fasen van design thinking systematisch doorlopen. Waar nodig, hielpen we hen aan wetenschappelijke inzichten en bronnen. Ook volgden we de teams: hoe meer inzicht in de kansen en uitdagingen van design thinking, hoe gerichter we deze vorm van professionalisering kunnen aanscherpen.” Resultaat van het proces is de tool Ontwerpinstrument MBO, een hulpmiddel waarmee je betekenisvol beroepsgericht onderwijs kunt ontwerpen.

Met Ontwerpinstrument MBO als leidraad echt aan de slag

Ellen Leenaarts vult aan: “De tool Ontwerpinstrument MBO helpt je om het raakvlak te vinden tussen jouw vak, de student, de samenleving, jezelf en de school. Waar die samenkomen, ontstaat de beroepsgerichte didactiek waarmee je de mbo-student ook voor algemene vakken kunt boeien. Het Ontwerpinstrument MBO biedt een leidraad om daarmee echt aan de slag te gaan.”